24 oktober 2017


Column: ''Ik wil dingen stukslaan als ik Nathan Rutjes hoor spreken''

Ik vind het jammer dat het de laatste tijd zo weinig over mannenvoetbal gaat. Normaal gesproken stond de Voetbal International helemaal vol met teksten over mannenvoetbal, maar sinds het gewonnen EK is het slechts vrouwenvoetbal wat de klok slaat

Mooie achtergrondreportages, wedstrijdverslagen, iedere week lange interviews met de smaakmakers uit het vrouwenvoetbal.

En niet alleen bij Voetbal International. Ook de Volkskrant raakt er niet over uitgeschreven. Eerlijk is eerlijk, sportjournalist Willem Vissers houdt woord. Pagina na pagina vult hij met gedegen wedstrijdverslagen over de vrouwencompetitie. Voor het eerst bestaat er geen verschil meer tussen vrouwen- en mannenvoetbal. En Willem is consequent. Ook als hij te gast is in Studio Voetbal, praat hij voornamelijk over vrouwenvoetbal. Het blijkt toch allemaal heel oprecht en doorleefd te zijn geweest, dat krankzinnige enthousiasme tijdens het EK.

Het is ook mooi dat slecht nieuws over vrouwenvoetbal keurig in een hoekje wordt geparkeerd. Enkele weken geleden kon een competitiewedstrijd niet beginnen omdat er helaas geen scheidsrechter was komen opdagen. Ik geloof dat uiteindelijk de broer van de neef van de voorzitter heeft gefloten, in een korte spijkerbroek.

Zo gaat dat met hypes. Want dit is de waarheid. Het vrouwenvoetbal is meteen na het EK als een stuk verouderd speelgoed in de hoek gesmeten. Dat was vrouwenvoetbal afgelopen zomer, een mediahype. Het bekende Hollandse feestgedoe. Met z’n allen ergens juichend omheen gaan staan en het dan omarmen zoals alleen malle Nederlanders dat kunnen. De waarheid is dat, als je het afmeet aan de media-aandacht op dit moment, vrouwenvoetbal volkomen wordt genegeerd. Vrouwenvoetbal is een neefje met een heel goed rapport. Je geeft hem tien euro. Een jaar later staat hij weer voor je en je bent zijn naam vergeten.

Hypes, daar zijn ze dol op in het voetbal. Stereotypen. Gedraag je als een zot en je weet zeker dat je binnen een maand ergens op de televisie mag uitleggen wat een lekker gekkie je bent. Dat is gebeurd met Nathan Rutjes, de voetballende welzijnswerker. Inmiddels is het zo ver dat niemand meer opkijkt als Rutjes de hele wedstrijd met een zieke bejaarde op zijn rug voetbalt, om die ‘aan het eind van haar leven toch nog een onvergetelijke dag te bezorgen’. Ikzelf wil dingen stukslaan als ik Nathan Rutjes hoor spreken. Rutjes ziet eruit als iemand die om twee uur ’s nachts met shoarmasaus om zijn mond ergens in een dorp bij de plaatselijke drinkkeet staat te oreren over het ontstekingsmechanisme van een tractor, maar hij zegt heel andere dingen. Rutjes praat als iemand die jou, met een hand op je arm, vertelt dat hij er alles aan gaat doen om je weer te laten meedoen in de maatschappij.

Als Rutjes drie keer in eigen doel scoort, zijn eigen keeper een oog uitsteekt en daarna per ongeluk de tribune in brand steekt, dan staat hij daarna rustig de pers te woord. ‘Ja, het liep allemaal even anders dan ik van tevoren had bedacht, maar ik vond vandaag wel iedereen in de spelersgroep heel lekker ruiken. Daar wilik ze mee complimenteren. En ja, wat is het verkeerde doel? Dan heb je het over details. Voor mij is een doel een doel, dus wat maakt het uit waar je die bal in schiet. Ik ga altijd uit van het goede doel. Voor mij bestaat er geen verkeerd doel. En van die afgebrande tribune,dat is vervelend, maar je kunt ook zeggen: wat is hout toch een prachtig natuurlijk materiaal en wat staat het dicht bij ons. Ook wij veranderen in as als je ons aansteekt. Ik wilde laten zien dat mens en hout meer op elkaar lijken dan wij allemaal denken.’
Dat Nathan Rutjes zich zo door het leven wurmt, prachtig, maar waarom moeten daar dan meteen weer T-shirts, posters en hilarische interviewcompilaties van worden gemaakt? Hetzelfde geldt inmiddels voor ADO Den Haag-speler Tom Beugelsdijk, ons officiële nationale symbool van wilsonbekwaamheid. Dat is Toms rol in het betaalde voetbal, aan alle mensen met een taalachterstand laten zien dat je, als je je stinkende best doet, toch kunt uitgroeien tot een televisieheld. Ik weet zelf heel goed hoe weinig daarvoor nodig is.

Tom Beugelsdijk is misschien wel de slechtste voetballer van de Eredivisie. Afgelopen zondag zag ik hoe hij een dieptepass van Luigi Bruins probeerde te onderscheppen. Alsof hij stomdronken met een schepnet garnalen liep te vangen. Zelden zag ik iemand zo zinloos door het beeld hollen. Tom Beugelsdijk zette zondag zijn team meteen op achterstand. Maar Tom is onschendbaar omdat hij ooit, in een ver verleden, heel hard het woord rustig op z’n Haags in de camera heeft geschreeuwd.

Sindsdien in Tom onkwetsbaar. Een held van het volk. Koning van de club. Als Tom een keiharde elleboogstoot aan een NAC-speler uitdeelt, dan gebeurt er niets. En als hij er wél voor wordt gestraft, maakt hij er meteen iets prachtigs van. ‘Wat ik van mijn straf vind? Elllieeeeebooogiieeeee!’ Ik doe het zelf sinds kort ook. Als mijn vriendin vraagt wanneer ik voor het laatst de stofzuiger heb aangeraakt, ga ik vlak voor haar gezicht hangen en schreeuw ik: ‘Hé, Stofnessssiieeeee!!!!’

Zo werk het. Je moet tegenwoordig een typetje zijn in de voetballerij. Iemand om wie ze hard kunnen lachen. Raar haar helpt ook. Een vreemde snor. Het maakt allemaal niet uit. Het werkt. Als Alex Pastoor binnenkort wordt geïnterviewd over de slechte resultaten en of zijn rol bij Sparta is uitgespeeld, kan hij antwoorden: ‘Rotterdaaammmmmmm hogeeee gebouweeeee!!’ Heeft niemand het meer over degraderen.

Nico Dijkshoorn.


1 opmerking:

Han CNX zei

Erg leuk, die Nico. Dank!

Een reactie posten

Plaats nu je reactie! Je kunt gebruikmaken van de volgende HTML-tags:
- <b>vet</b> = vet
- <i>cursief</i> = cursief
- <a href="http://SigaarSnor.blogspot.com/">link</a> = link